Berkel-Enschot

Achtergrond muziek :Pie Jesu van DUO JC Kwadraat


 (nr1) Spoordijk.

Dit Mariakapelletje is in 1900 opgericht. Destijds stelde het niet veel meer voor dan een paar berkenstammetjes met een kastje met daarin een Mariabeeld. Dit beeldje betrof Onze Lieve Vrouw van Altijddurende Bijstand, geplaatst voor een veilige spoorwegovergang. Op 15 augustus 1935 (Maria Hemelvaart) is het huidige kapelletje door de Katholieke Jeugdvereniging opgericht. Later is het kapelletje nog enkele malen verfraaid. Het kapelletje werd echter ook meermalig slachtoffer van vandalen. In 1979 werd zelfs het gehele kapelletje op de rails gelegd waardoor er enorme schade ontstond. Hierna heeft men op 31 mei 1980 (Maria Visitatie) in de parochiekerk van de H. Caecilia te Enschot het nieuwe beeldje ingezegend en in het kapelletje geplaatst. bron: Erik Buster


 (nr2)    De Brem

Deze Mariakapel kwam tot stand na de 2de wereld oorlog uit dankbaarheid dat er niemand gesneuveld of in een concentratiekamp was geweest. Het initiatief kwam van de Buurtschap de Brem:Jan Witlox zoon van Janus Witlox en broer van Dorus Witlox -Marie Broeders -Marinus Bergmans en Anna Bergmans van den Bijgaard, Jan Bergmans en Drika Bergmans Moonen, Cees v Laarhoven en Drika van Laarhoven v/d Bosch ( Toon, Frans, en Miet v Laarhoven woonde nog thuis) Janus v Diessen en echtgenoot, Dien Brekelmans-Musters en Kees Musters, Hanneke Weijtmans- Musters, Mie Bergmans-v/d Meijdenberg.  De Bouwdatum, is dec 1946. Gebouwd door de gebroeders Brekelmans aannemers, Dorpsstraat a 52 Berkel De originele rekening is in het bezit van Henk en Dymphie van Helvert-Witlox Hierop staan o.a. 750 stenen. De totale kosten waren F 365,20. Het Maria beeld, werd in 2000 gestolen en het huidige beeld werd geschonken.  Pastoor van Berkel heeft de kapel ingewijd.  De grond, is geschonken door mevr Mie Bergmans-v/d Meijdenberg. Het ligt op het eind van een Frankische driehoek. Als er iemand ziek was stervende of gestorven was dan kwam de buurt bij elkaar en bad men het Rozenhoedje. Nog steeds is het een plaats waar men bid voor een zieke of een dierbare overledene herdenkt (nu individueel). Er is zelfs een urn uitgestrooid

Deze foto is gemaakt in 1954 bij gelegenheid van de 40jarig huwelijk van Janus en Dien Witlox-Brok met daarop de kapel met daarvoor de 2 kleindochters van de jubilarissen, met links de dochter van Jan Witlox, Dymphie en rechts de dochter van Dorus, Fienie           Bron :Rie-anne v Laarhoven/ Henk en Dymphie van Helvert-Witlox


(nr3)   Torenpad

 

In 1948 beloofde burgemeester A. Panis aan Maria dat in de toren een Mariakapel ingericht zou worden als alle 34 jongemannen uit Berkel-Enschot veilig uit Indië terug zouden keren. Ze kwamen behouden thuis en Panis hield woord; op 4 mei 1960 werd de kapel ingezegend en links van het Mariabeeld een tableau met de namen van de gevallenen uit de Tweede Wereldoorlog onthuld. Daar staan dertien personen op, onder wie zeven kinderen van het katholiek geworden joodse echtpaar Löb-van Gelder. De moord op hun kinderen door de Duitsers is een van de meest tragische oorlogsverhalen uit Midden-Brabant. Ter rechter zijde van Maria heeft de hoofdman van het gilde dat de kapel heeft geadopteerd in computerletters een vermanend adres gericht aan de Berkel-enschotse jeugd: ‘Jongeren, laat hier je hart spreken. AUB géén rotstreken.’ Het affiche hangt boven het offerblok waarin twee kwartjes voor een kaars moeten worden gestopt. Eens in de week haalt Wehmeijer het geld er uit. Sinds drie jaar noteert hij een gestage groei van de opbrengst, dus ook van het bezoek. De maanden mei en oktober scoren zoals overal het hoogst. Allerzielen staat op een fraaie derde plaats. Dan worden de graven bezocht en worden voor het zieleheil kaarsjes gebrand. Wehmeijer kan verder precies zeggen wanneer een bekende persoon uit het dorp is begraven: dan neemt de inhoud van het offerblok sterk toe. Het hardstenen Mariabeeld, normaal omgeven door wel vijftien plastic boeketten, weet niet wat het overkomt als het slecht weer is. Om te voorkomen dat rouwkransen verpieteren, worden die dan door de nabestaanden in de kapel gelegd